Pompstraat 25

Pompstraat 25

Op 24 juni 1921 krijgt architect Christiaan van Liempd van de Raad van de gemeente Schijndel de opdracht voor het ontwerpen van een jongensschool voor G.L.O. (gewoon lager onderwijs) en U.L.O. (uitgebreid lager onderwijs) . Het gebouw zal worden geplaats op de percelen D58, eigendom van de kinderen Hendrik Verkuijlen op naam van Petrus Wilhelmus Verkuijlen, en D59, eigendom hervormde gemeente. Op 6 september 1921 aanvaarden de Raad van Schijndel deze geschonken percelen, de waarde van de grond wordt geschat op f. 4.624,00.

Door Christiaan van Liempd wordt een school ontworpen inhoudende :

• Op de begane grond zeven leslokalen met een oppervlak van ± 45.00 m2 geschikt voor 42 leerlingen, twee toiletgroepen met totaal 16 toiletten/ urinoirs, een ruimte van 4,95 X 4,51 meter. Alle ruimtes grenzen aan een hal of aan gangen. De hoogte van de lokalen en de gangen bedraagt 4,00 meter.
• Op de verdieping twee lokalen met een afmeting van 6.57 X 5,38 meter geschikt voor 24 leerlingen, een lokaal met een afmeting van 4,72 X 4,87 meter geschikt voor 16 leerlingen, twee toiletgroepen met totaal 6 toiletten/ urinoirs. Alle ruimtes grenzen aan een overloop. De hoogte van de lokalen en de gangen bedraagt 3,40 meter.
• Op de begane grond, grenzend aan de achterzijde, een gymnastieklokaal groot 18,04 X 10,88 meter en een overdekte speelplaat van ± 4,20 X 11 meter. De hoogte bedraagt 5,50 meter.
• Onder het gymnastieklokaal is een kelder, hoog 3,40 ,ten behoeve van een op kolen gestookte verwarmingsketel.

Het schoolgebouw zal worden geplaats 14,50 meter van de kant van de weg en op 4,00 meter van aangrenzende gebouwen.

Op 13 augustus 1921 publiceert architect van Liempd namens Burgemeester en Wethouders van Schijndel dat de bouw van de school op donderdag 25 augustus 1921 om 11.00 zal worden aanbesteed in het Raadhuis van de gemeente Schijndel. Bestek en tekeningen zijn verkrijgbaar bij architect van CH. J. Liempd tegen betaling van f. 20,00. Bij inlevering tegen ongeschonden staat wordt f. 15,00 terugbetaald. Opmerkelijk is dat het bestek aangeeft dat alleen Katholiek georganiseerde bouwpatroons voor aanbesteding in aanmerking komen. Het werk dient direct na gunning te worden aangevangen en uiterlijk 15 december 1921 onder dak te zijn terwijl de oplevering plaats moet vinden 15 maart 1922.

De uitslag van de aanbesteding op 25 augustus 1921 luidt als volgt:

J. Vekemans, Goorle, f. 130.100

J. A. Hofman en C. Arts, Nijmegen, f. 127.000

A. J. Bosch, Veghel, f. 122.000

G. de Bont, Nieuwkuik, f. 120.692

C. Videler, Bergen-op-Zoom, f. 120.300

F. A. Smulders, Oisterwijk, f. 120.000

A. v. d. Bosch, Helmond, f. 120.000

A, J. Mols, Tilburg, f. 119.400

C. M. Horvers, Tilburg, f. 119.000

fa. J. Dielis-Sweegers, Geldrop, f. 118.000

W. Wijnen, Helmond, f. 118.000

fa. J. Heeren en v. Dun, Tilburg, f. 117.800

C. v. Gerwen en C. v. Heeswijk, St. Oedenrode en Best, f. 116.725

Jos. de Koning, Lieshout, f. 114.800

J. A. Mol, Breda, f. 114.800

Hub. Hermans, Vught, f. 114.100

A. v. Boven, Den Dungen, f. 113.500

A. v. Geffen en A. de Wit, Boxtel en Schijndel, f. 110.500

P. H. Roos, Mierlo-Hout, f. 105.974

Joh. Diepstraten. Terheijden, f. 104.500

C. P. A. V. Herk, Tilburg, f. 103.463

Gebr. van Creij, Rosmalen, f. 97.800

De bouw van de school wordt gegund aan de laagste inschrijver Gebroeders van Creij uit Rosmalen voor een bedrag van f. 87.800,00. Daarnaast wordt hen ook het grondwerk voor een bedrag van f. 19.560,00 gegund.
Op 13 november 1921 wordt de installatie van de kolen gestookte verwarmingsinstallatie, een hydrofoorinstallatie en ventilatie-inrichting aan de firma H. Gordon en Zonen uit Venlo voor een bedrag van f. 7.029,00 uitbesteed.
Op 27 oktober 1921 besluit de gemeenteraad van Schijndel een geldlening van f. 120.000,00 aan te gaan voor de bouw van de School.
Het gemeentebestuur van Schijndel vraag op 13 december 1921, ruim na aanvang van de werkzeemheden, een bouwvergunning aan voor de bouw van de School op de percelen kadastraal bekend gemeente Schijndel sectie B58 en B59.

Het nieuwe openbare schoolgebouw wordt in september 1922 door directeur van Bussel met een groot deel van de leerlingen van de oude openbare school aan de Hoofdstraat betrokken. Op een later tijdstip (1924) wordt deze openbare school omgezet naar de R.K. jongensschool Sint Lambertus. Dit laatste is in een raadsbesluit is genomen in de Raadsvergadering van maandag 14 januari 1924 met algemene stemmen genomen onder de voorwaarde dat:

1. Een besluit tot vermindering van het aantal openbare scholen in deze gemeente.
2. Een besluit tot onttrekking aan den publieke dienst, ingaande 1 Januari 1924. van de openbare school in de Pompstraat: tegen de gedane openbare kennisgeving van het voornemen tot onttrekking aan den publieke dienst, kwamen binnen den gestelde termijn geen bezwaren in.
3. Een besluit tot beschikbaarstelling van het schoolgebouw in de Pompstraat alhier, ten behoeve van het R. K. Kerkbestuur, ten einde daarin te vestigen een Bijzondere R. K. jongensschool.
4. Een besluit tot het verlenen van een ongevraagd eervol ontslag aan het personeel der openbare school in de Pompstraat met ingang van 1 Januari 1924.

In 1939 wordt een deel van de speelplaats verhard en wordt de school door de firma Bosmans aangesloten op de waterleiding.

Tijdens de mobilisatie waarbij de school wordt gevorderd door de Nederlandse militairen, ontstane schade totaal f. 68,00 wordt direct vergoed en het gebouw kan na herstel kan een deel weer in gebruik worden genomen.

Vanaf 1 september tot 17 september 1944 werd het gebouw door de Duitse militairen bezet. Vanaf oktober 1944 tot en met mei 1945 werd het gebouw gebruikt door het P.O.D. samen met Engelse militairen. Tijdens de periode augustus 1945 tot en met augustus 1946 was het gebouw deels in gebruik als arbeiderskamp door N.V. Aannemersmaatschappij van Eesteren. Door de P.O.D. werd een bedrag van f. 300,00 vergoed en door van Eesteren een bedrag f. 568,71.